Een normale dag op de OK: van blauwe plekken in de kleedkamer tot botte artsen

Wat is een normale dag op de OK? Allereerst loop je de kleedkamer binnen. Bij de dames is het altijd spitsuur waarbij er veel te veel vrouwen in allerlei staten van ontkleding en aankleding te vinden zijn. Hier wurm je je doorheen, op weg naar je kluisje. Waar je dan zelf met het ritueel begint.

Blauwe plekken in de kleedkamer

Als je net met één been in je broekspijp hupt, wil er geheid iemand achter je langs. Doordat alle kastdeurtjes openstaan is het een smalle bedoeling. In dit proces loopt er weleens iemand een blauwe plek op… Nee, we stompen elkaar niet. Het is juist altijd een heel gezellig bijklets-moment, maar die puntige kasdeurtjes op allerlei hoogtes. Au.

Nog snel een kopje thee

Soms is er tijd voor een kopje thee (in mijn geval) en daarna gaan we de operatiekamers klaarmaken. Met drie operatieassistenten, een anesthesiemedewerker en een snijdend specialist ben je de hele dag in één operatiekamer aan het werk.

Bezig bijtje  

De anesthesioloog loopt in en uit, hij bedient in principe twee operatiekamers. Hij geeft op de holding (voorbereidingsruimte) eventueel een ruggenprik of een regionaal blok (lokale verdoving) aan de patiënt en komt voor de in- en uitleiding van een patiënt onder narcose naar de operatiekamer.

Allergieën? Afwijkingen?

Wanneer de OK klaarstaat voor de eerste patiënt, doen we met het team een briefing, waarin per patiënt bijzonderheden worden doorgesproken (allergieën, ligging, te verwachten afwijkingen in het operatieverloop en extra materialen die nodig zouden kunnen zijn).

Deurbewegingen voorkomen

We doen er alles aan om de dag zo optimaal mogelijk te laten verlopen en ‘deurbewegingen’ zoveel mogelijk te voorkomen. Een operatiekamer staat op overdruk ten opzichte van de gangen, zodat er nooit vieze deeltjes naar binnen kunnen waaien. Wanneer de deuren open gaan, verdwijnt/vermindert die overdruk tijdelijk. Dat wil je tijdens de ingreep zo min mogelijk.

Anesthesiemedewerker is verantwoordelijk

De eerste patiënt wordt van de holding opgehaald door de anesthesiemedewerker, samen met een operatieassistent of de anesthesioloog. Tijdens het hele operatieproces is de anesthesiemedewerker verantwoordelijk voor de patiënt. Hij is de verlengde arm van de anesthesioloog en voert in diens opdracht en in nauw overleg alle zorg uit die nodig is om de patiënt stabiel door de operatie te loodsen.

En dan beginnen we weer opnieuw

Tussen de operaties door maken de operatieassistenten alles schoon en zetten ze opnieuw alles klaar. De anesthesiemedewerker brengt de patiënt naar de recovery en draagt daar de zorg over aan een gespecialiseerde recoveryverpleegkundige.

Van heup tot trommelvlies

Soms doe je één specialisme op een dag en help je bijvoorbeeld vijf mensen een nieuwe heup of knie te geven. Een andere keer begin je met het plaatsen van een trommelvliesbuisje en eindigt je dag met het verwijderen van een stukje darm. Over die diversiteit lezen jullie later meer.

Even evalueren

Aan het eind van de dag bespreken we tijdens een debriefing wat goed ging, wat beter had gekund en of iemand iets op zijn hart heeft dat moet worden uitgesproken. Soms verlopen situaties namelijk anders dan verwacht. Het gebeurt geregeld dat er minder vriendelijk of subtiel wordt gecommuniceerd dan gewenst (en niet alleen door de artsen, mochten jullie dat soms denken). Sinds wij werken met deze briefing/debriefing is de hiërarchie tussen arts en assistenten aanzienlijk afgenomen en de sfeer duidelijk verbeterd.